0

0

Het schaap stamt af van de moeflon. Dit is een dier met gewone haren en heeft geen dikke vacht. Een vrouwtjesschaap noemen we een ooi en het mannetje een ram. Mensen fokken verschillende soorten schapen voor vlees, wol en melk. Heideschapen worden speciaal gehouden om het gras kort te houden. Schapen worden gemiddeld zo'n 15 tot 20 jaar oud. In het wild leven schapen in kuddes op vlakten in rotsachtige streken. Ze eten vooral gras en blaadjes. Schapen zijn erg gehoorzaam en volgen andere leden van de kudde. Het spreekwoord; 'als er één schaap over de dam is, volgen er meer' klopt dus precies! De ooien kunnen al als ze een halfjaar oud zijn lammetjes krijgen. Na ongeveer 21 weken worden de lammetjes geboren. Ze drinken de eerste twee maanden bij hun moeder en gaan daarna steeds meer eten.