Lees de tekst en maak de vraag |
![]() |
0 | 0 | |||||
Derk zit in de klas. De juf is op de gang. Derk loopt naar het bord. Hij schrijft `juf is lief`. Dan komt de juf weer in de klas. Ze lacht door de tekst op het bord. | ||||
Over wie gaat de tekst? |
Dirk |
Daan |
Derk |
Wil je je scores bijhouden en stickers verdienen? Maak dan een leerling account aan.